Angels in America
Harteloosheid, hypocrisie, wanhoop, onzekerheid, hebzucht en racisme; de personages in Angels in America dolen rond in het roerige Amerika van de jaren tachtig. Het tijdperk van Ronald Reagan, waarin politiek en economisch conservatisme opbloeit als reactie op de vrije jaren zeventig en angst hoogtij viert. Angst voor de politiek, de maatschappij, voor elkaar, maar ook voor het nieuwe nog onbekende aidsvirus. Tegen deze achtergrond toont Angels in America een kleurrijk mozaïek aan verhalen van een groep uiteenlopende New Yorkers.
Alle personages in Angels in America krijgen te maken met ziekte en tegenslag, maar ze staan lijnrecht tegenover elkaar in hoe ze ermee omgaan. Louis laat zijn vriend Prior in de steek uit angst voor de verwoestende werking van het mysterieuze aidsvirus, de machtige extreemrechtse advocaat Roy blijft zijn ziekte en geaardheid hardnekkig ontkennen en tot slot het streng gelovige echtpaar Joe en Harper zoekt een manier om te dealen met Joe’s geaardheid. Angsten zoeken een uitweg in een stortvloed aan dromen, hallucinaties en leugens. Fantasie en werkelijkheid lopen door elkaar heen en fictieve en werkelijk bestaande personages vermengen zich. Angels in America is een stuk over liefde en vriendschap voorbij de grenzen van ras, religie en ideologie. Over het moeilijke proces van aanpassing en verandering, gebracht als een machtig pleidooi om menselijk te zijn. Om mens te zijn.
Al twintig jaar wacht regisseur Marcus Azzini op het moment dat hij het monumentale theaterepos Angels in America van Tony Kushner op het toneel kan brengen. Kushner schreef in de jaren negentig in één klap theatergeschiedenis met zijn uit twee delen bestaande stuk. Het werd bekroond met de Pullitzerprijs en bewerkt tot een miniserie door HBO. Azzini zag het stuk voor het eerst in de regie van Guy Cassiers en was diep onder de indruk van de echtheid van de personages. Zo persoonlijk, zo eerlijk. In 2011 kon hij zijn project met ArtEZ studenten niet zelf voortzetten, omdat er iemand uit zijn directe omgeving overleed aan de gevolgen van aids. Nu krijgt hij opnieuw de kans, en mét hem een topcast bestaande uit onder anderen Jacob Derwig, Maria Kraakman, Teun Luijkx en Bianca van der Schoot. Naar eigen zeggen wordt het misschien wel Azzini’s meest persoonlijke voorstelling ooit. Bewust kiest hij voor de vlakke vloer; intiem en dicht op de huid van zeven zoekende individuen in de kleurrijke wereld van de jaren tachtig.
vertaling Carel Alphenaar | bewerking en regie Marcus Azzini | met Roy Baltus, Jacob Derwig, Maria Kraakman, Teun Luijkx, Kirsten Mulder, Rick Paul van Mulligen, Bianca van der Schoot, Vincent van der Valk | decor- en lichtontwerp Theun Mosk | muziek Maria Kraakman | kostuums Marcus Azzini en Femke van Neerven | assistent kostuums/kleedster Renee de Brock, Marjan Crebas | techniek Hergen Verheul en Han Verweijen | dramaturgie Joris van der Meer, Petra Eikelenboom (stage) | regieassistent Eva Line de Boer | productie Siri Klein Robbenaar | publiciteit Suzanne Bos | castingadvies Marc van Bree - Kemna Casting