ma di wo do vr za zo
1
 
2
 
3
 
4
 
5
 
6
 
7
 
8
 
9
 
10
 
11
 
12
 
13
 
14
 
15
 
16
 
17
 
18
 
19
 
20
 
21
 
22
 
23
 
24
 
25
 
26
 
27
 
28
 
29
 
30
 
 
 
 
 
 

Een berg voor iedereen

een interview met Heike Langsdorf

Interview
01.12.16

Op scene staat een grote berg. Langzamerhand komt de berg in beweging. Na een aantal projecten in de stad zoals Sitting with the body 24/7 (2015) en Postcards from the future (2010) keert Heike Langsdorf met Mount Tackle terug naar de theaterzaal. Met deze voorstelling opent ze ook de tiende en laatste editie van het Burning Ice festival.

Op scene staat een grote berg. Langzamerhand komt de berg in beweging. Na een aantal projecten in de stad zoals Sitting with the body 24/7 (2015) en Postcards from the future (2010) keert Heike Langsdorf met Mount Tackle terug naar de theaterzaal. Met deze voorstelling opent ze ook de tiende en laatste editie van het Burning Ice festival. “Mount Tackle is een uitnodiging om een publiek te laten nadenken over onze omgeving, gebeurtenissen en de mensen rondom ons.”

Met het collectief C&H, dat je samen met Christoph Ragg en Christophe Meierhans had, ontleedde en onderzocht je de codes van het theater, waarna je die reflectie meenam naar de publieke ruimte. Nu keer je dus terug. Waarom?

Mount Tackle is tot op zekere hoogte een vervolg op Sitting with the body 24/7, al zie je dat misschien niet meteen. Een groep performers voerde toen een week lang van ’s morgens vroeg tot ’s avonds laat in een grote etalageruimte in het midden van de stad een opeenvolging van verschillende lichaamspraktijken uit. Velen liepen voorbij en wierpen een vluchtige blik op wat er binnen gebeurde. Met degenen die langer bleven, voerden we wel honderden gesprekken. Sommigen vonden het superspannend, anderen waren in de war. Het werd duidelijk hoe verschillend mensen naar het werk keken. In een theaterzaal zien toeschouwers iets van het begin tot het eind. Je zit allemaal samen in een belly naar één ding te kijken. De concentratie is groter. Mount Tackle wil een aantal kenmerken van de openbare ruimte transponeren naar de context van een theaterzaal.

Wat neem je dan mee van de publieke ruimte naar de theaterzaal?

Die minder gerichte focus van de aandacht bijvoorbeeld. De concentratie die een theater met zijn onderscheid tussen podium en publiekstribune veroorzaakt, is maar één mogelijkheid van vele. We onderzoeken de ongerichtheid, de openheid, de verstrooidheid… die de ervaring van de openbare ruimte typeert. Mount Tackle wil toeschouwers meer zelf laten beslissen naar wat ze kijken, terwijl er toch dat gemeenschappelijke tijdskader is dat een voorstelling in een theaterzaal kenmerkt. De publieke ruimte is ook een omgeving waarin ontmoetingen kunnen plaatsvinden tussen soms heel verschillende soorten mensen. Een divers publiek is ook een belangrijk uitgangspunt van Mount Tackle. We willen mensen met heel verschillende leeftijden en culturele achtergronden kunnen uitnodigen. Dat confronteert ons met interessante problemen. Niet iedereen hanteert dezelfde theatercodes. Als je naakte performers op scène plaatst, dan sluit je bijvoorbeeld velen uit. In de publieke ruimte houd je gemakkelijker rekening met die verschillen. We stelden ons ook de vraag of we kinderen zouden toelaten. En vanaf welke leeftijd dat verantwoord was. Hoe richten we de ruimte in zodat iedereen overal kan komen. Welke impact heeft dat op de veiligheid? We moeten dus met heel wat rekening houden, waar je je normaal gezien geen zorgen over moet maken in een theaterzaal.

Je vertrekt vanuit het idee dat iedereen welkom is in Mount Tackle. Hoe willen jullie een divers publiek bereiken?

Culturele instellingen worden vanuit de politiek sterk aangemoedigd om een divers publiek in de zalen te krijgen. Vaak ontstaat in de schoot van de publiekswerking van een instelling een doelgroepenbeleid. Die is niet interesse-gebaseerd, maar genre-gebaseerd. Er wordt vanuit gegaan dat een bepaalde doelgroep meer interesse zou hebben in die bepaalde voorstelling dan in een andere. Mount Tackle heeft veel verschillende en tegelijkertijd aanwezige kijkculturen nodig om echt tot leven te komen: jong, oud, al dan niet geïnteresseerd in theater, hier opgegroeid of elders. We werken erg low-key. We willen zien hoever we geraken via mond-aan-mondreclame binnen zoveel mogelijk verschillende groepen. Als er van al die mensen een paar komen, dan hebben we een ander publiek. Tegelijk proberen we in de aanloop naar de première verschillende tactieken uit. Het is echt een experiment.

De diversiteitsvraag deed jullie ook nadenken over de communicatie rond de voorstelling. Vertel eens?

Het initiële, nogal radicale uitgangspunt was om enkel met tekeningen te werken, naast een titel en een ondertitel. Na veel twijfel, ook vanuit de communicatieteams van onze partnerorganisaties, hebben we dat idee wat bijgesteld. Peter Vercruysse, die veel met lagere scholen in Brussel werkt, merkte vervolgens op dat velen het eerste tekstje in de brochure niet snapten. Ik heb daarom verschillende versies gemaakt van het communicatietekstje. Hoewel de voorstelling geen gesproken taal hanteert, is er wel een heel linguïstische zoektocht aan vooraf gegaan. Welke woorden en tekens lokken welke gedachten of sferen uit bij verschillende lezers? Er bestaat niet één perfecte omschrijving van een werk. Iedereen interpreteert de voorstelling anders, wat fantastisch is. Een toeschouwer kan anderen achteraf uitnodigen met de woorden die hij vindt op basis van zijn persoonlijke interpretatie. We zijn uiteindelijk bij tekeningen uitgekomen, en een tekst die een publiek concreet uitnodigt, zonder te zeggen waar de voorstelling over gaat. Alles wat op de tekeningen te zien is, zal ook aanwezig zijn in het stuk. Het is aan de kijker om dit alles te ontdekken.

Tijd is een aspect dat regelmatig onderzocht wordt in je werk. Dat zagen we al in Sitting with the body 24/7. Nu duurt de voorstelling precies zestig minuten, en tegelijk ook langer. Wat fascineert jou aan het spelen met tijd?

De duur van een voorstelling is iets wat mensen aan kan trekken of afschrikken. Als je vraagt hoelang iemand die niet zo vaak naar het theater gaat, in een zaal wil zitten, dan is een uur meestal het maximum. We merkten dat ook bij Sitting with the body 24/7. Veel mensen vonden het leuk om een uurtje te komen kijken en dan weer weg te gaan. Moesten we aankondigen dat Mount Tackle twee of drie uur zou duren, dan zouden we waarschijnlijk enkel hen bereiken die graag naar theater gaan. Vertrekken van 60 minuten, daagde ons uit om in een heel korte tijd een boog te maken, en mensen verschillende inhoudelijke lijnen doorheen het stuk te laten ontdekken. In het begin zie je geen performers. Hier en daar zijn er wat ledematen zichtbaar in de berg, maar het geheel is een installatie waarin vooral klank en licht de hoofdrollen spelen. Je kan koffiedrinken en appels eten. Je kiest hoe dicht of ver je van die berg wilt blijven. Je kan zelfs door de berg heen kruipen. Anderzijds merkten we dat het niet mogelijk was om alles wat we in dat eerste uur opbouwen, zomaar stil te zetten. We kozen daarom al heel vroeg in het proces voor een lange fade out met een aantal hidden tracks na dat eerste uur. Toeschouwers kunnen zelf kiezen of ze blijven of al vertrekken.

Mount Tackle is een van de openingsvoorstellingen van de laatste editie van het Burning Ice Festival, dat kunst toont die een rol speelt in de transitie naar een duurzame samenleving. Hoe past jouw voorstelling in dit festival? Welke rol heeft de kunstenaar in die transitie?

Hoe kan een kunstwerk bijdragen aan een duurzamere toekomst? Dat kan door als kunstenaar politieke uitspraken te doen, maar ik ben meer geïnteresseerd in hoe een esthetische ervaring verandering teweeg kan brengen. Ik ben niet zo goed in de les spellen, dus ik houd me liever bezig met wat ik ‘een conditie scheppen’ noem: de kijkers mens laten zijn in een theatrale setting, hen laten waarnemen wat gebeurt en hen de tijd geven om hierover na te denken. Mount Tackle is een uitnodiging om een publiek te laten nadenken over onze omgeving, haar bronnen, gebeurtenissen en de andere mensen die haar bevolken. Het is een experiment dat grote ideeën over diversiteit heel concreet wil aanpakken, waarin je jezelf tegenkomt via je sensorische en intellectuele capaciteiten. Ik denk dat in onze superdiverse samenleving heel veel verschillende ideeën over kunst naast elkaar bestaan. Hoe kunnen we op verschillende manieren naar een werk kijken zonder elkaar te veroordelen? Hoe kunnen verschillende vormen van kennis met elkaar in gesprek gaan? Hoe kunnen we een gezamenlijke cultuur ontwikkelen. Misschien moeten we tegelijk ook niet forceren om alles samen te doen, maar elkaar soms alleen durven laten. Dat zijn grote vragen, waar ik niet direct een antwoord op heb, maar die volgens mij wel van belang zijn binnen die transitie.

Een interview met Heike Langsdorf, door Eva Decaesstecker (Kaaitheater, november 2016)