The Waves
Here you find a short description of the performance and the credits.
“IK BEN HEEL BLIJ DAT IK DIT MIJZELF CADEAU HEB GEGEVEN”
interview met Khadija El Kharraz Alami, door Wouter Hillaert, naar aanleiding van de première (DE SINGEL, april 2022)
Als Khadija El Kharraz Alami zich aan repertoire waagt, is dat niet om het zomaar na te spelen, wel om er haar vrijheid in te bevechten als vrouw en theatermaker. Na Medea gaat ze nu samen met vier jonge actrices aan de slag met The Waves, de experimentele roman van Virginia Woolf. ‘Het wordt een feestje: we vieren de ontembare vrouw. Maar zoals op elk feestje gaat er ook iets stuk en wordt er gekotst en gehuild. Het loopt allemaal door elkaar heen, zoals de zee.’
Theater maken is voor Khadija El Kharraz Alami zoveel meer dan verhalen vertellen. Het is vooral je plek opeisen in een samenleving die nog steeds opereert volgens witte en mannelijke standaarden. ‘Ik probeer steeds meer het activistische in mijzelf te omarmen,’ zal ze ons gesprek in DE SINGEL besluiten. ‘Omdat ik het belangrijk vind om in het licht te stellen wat anders in de vergetelheid raakt. Omdat ik het belangrijk vind om onszelf te bevrijden en andere ideeën op te werpen. En zo is ook deze voorstelling in de eerste plaats een voorstel. Hoe kan je in het ongemak toch plezier vinden, en in het niet-weten toch vertrouwen?’
Met The Waves (1931) koos El Kharraz Alami alvast niet voor een snelle hap. ‘Als je Woolfs vormelijke taal leest, lijkt ze je bijna mentaal te willen pesten. “Wat staat hier nu eigenlijk?” Je moet echt ademhalen, raakt in een halve hypnose. Maar net dat je voortdurend pagina’s moet terugdraaien, vind ik mooi kloppen met hoe ik narratieven wil vormgeven: de dingen vaak genoeg herbekijken vanuit een nieuw perspectief. En ik herken me ook enorm in het complexe vrouwbeeld dat Woolf vormgeeft. Ik vind er mijn plek in, mijn bevrijding.’
In The Waves schetst Woolf het leven van drie mannen en drie vrouwen, van hun kindertijd tot middelbare leeftijd, via monologen van elk van hen. Zelf noemde de schrijfster het boek een playpoem: half toneelstuk, half gedicht. ‘Het leest inderdaad bijna als een performance,’ vindt El Kharraz Alami. ‘Het is niet echt een roman, maar één grote monologue intérieure. Taal wordt vorm en vorm wordt verhaal. Misschien moeten we taal ook niet de hele tijd willen begrijpen, en kunnen we er ook in berusten dat iets gewoon mooi klinkt?’
Voor de voorstelling werd het aantal personages teruggeschroefd van zes naar vijf, in lijn met de vijf performers in The Waves. ‘Samen focussen we op twee momenten in het boek waar ze allemaal samenkomen: één keer om afscheid te nemen van iemand die weggaat, en een tweede keer wanneer die persoon is omgekomen. Vieren én rouwen staan dus centraal in onze versie. We rouwen niet alleen om wat gestorven is in onszelf, maar ook in onze moeders. Zij hebben in hun tijd offers moeten brengen waardoor wij nu méér kunnen. Ode aan de moeders, dus! Tot en met Moeder Aarde.’
Niet alleen Woolfs werk, ook andere essays hebben de voorstelling gevoed: De ontembare vrouw van Clarissa Pinkola Estes, Herdenken herdacht van Simon(e) Van Saarloos en Your silence will not protect you van Audre Lorde. Allemaal raakten ze bij El Kharraz Alami andere snaren over vrijheid, verzet en vrouwelijkheid. Ze ging er recent ook al mee aan de slag in haar research-performance Re-claiming Space, waarin ze telkens een andere bijzondere persoonlijkheid uitnodigde voor een eerste ontmoeting op scène, meteen voor publiek. De titel van deze indringende performance klonk toen al als een veel grotere missie.
Al die invloeden en inspiraties maken van The Waves een waar ritueel. Een speelster vat het zo samen: ‘Onze vorm is gebaseerd op The Waves, inhoudelijk proberen we onszelf te verlossen van alle opgelegde maatschappelijke censuur. Om een voorstel te doen voor hoe de wereld eruit kan zien als alle vrouwen, of al wie zich zo identificeert, zich bevrijd zouden voelen.’
El Kharraz Alami begrijpt die woorden in de eerste plaats fysiek, in wat toch vooral een ‘language no problem’-voorstelling wil worden. ‘Wie is precies die wilde vrouw waar Pinkola Estes over schrijft, en die in onze maatschappij nog steeds zo’n negatieve connotatie krijgt? Hoe beweegt zij, hoe ziet ze eruit, wat doet zij dan? Zo zou je willen dat een bepaalde vrouwelijke sensuele of seksuele energie ook gewoon kan zijn, zonder dat de betekenis ervan gedicteerd wordt van buitenaf. Hoe hou je daar zelf agency over? Met dat soort onderdrukkende narratieven en archetypes willen we op scène breken. Als we ons zouden bewegen vanuit Audre Lorde, Clarissa Pinkola Estes, Virginia Woolf... hoe zou dat er dan uitzien?’
De zaal zal niet gewoon kunnen achteroverleunen. ‘Ook in mijn eerder werk heb ik het publiek altijd een rol gegeven, van Jason tot Grieks koor. Ik wil mensen aanwezig hebben in de ruimte, zodat ze zich mee verantwoordelijk voelen om het verhaal te helpen voortduwen. In The Waves gaan we daar nu nog een stap verder in, door het risico te nemen om ook de conventies van het theaterbezoek in vraag te stellen. De vrouwelijke auteurs die ons hebben gevoed, dwingen dat nu eenmaal af. Als we ons willen bevrijden van de onderdrukking van vrouwen, wil ik ook zelf bepalen hoe dicht het publiek zit, of waar ze staan. Iemand anders kan niet voor mij bepalen waar veiligheid eindigt en interessant gevaar begint.’
Niet toevallig begint The Waves in de publieke ruimte, op verschillende plekken in de stad. ‘In 2018, na alle positieve respons op Nu ben ik Medea, begon ik me echt af te vragen of het theater wel mijn plek was. Het bleek zo resultaatgericht. Ik vond ook geen aansluiting bij wat er allemaal gemaakt en getoond werd. Maar wat was mijn plek dan wel? Ik moest spontaan denken aan vroeger, toen ik heel vaak buiten speelde en rondhing op bankjes. Verhalen, dansjes, liedjes: dáár ontstond alles. Net dat bleek ons ook te binden als spelers: allemaal hadden we wel een of ander issue thuis, waardoor we buiten gingen spelen en daar onze creativiteit ontdekten: belletje trek, elkaar uitdagen, goed stout zijn... Door bluffen en stoerdoenerij verlegden we onze grenzen. Precies die vrije energie zoeken we nu terug op.’
Alleen is de straat voor El Kharraz Alami niet alleen een speelse vrijhaven. ‘Pas nu realiseer ik me hoe vijandig, triggerend en ontoegankelijk die publieke ruimte wel is. Op sommige plekken word je direct ongemakkelijk van de herinnering aan genocideplegers.
Hoe zou die ruimte er dan uitzien als ze wel toegankelijk zou zijn? Wat beweegt zich daar, wat wordt er dan verteld? Met korte interventies eigenen we ons die ruimte toe, waaronder re-enactments van vergeten vrouwelijke performanceartiesten als Adrian Piper. Door hen erkenning te geven, stellen we de ruiterstandbeelden in de schaduw. Als toeschouwer kies je zelf waar je begint en hoeveel performers je ziet voor je op een vast tijdstip naar het theater komt. Eigenlijk is The Waves dus een gigantische immersieve installatie.’
Eén grote leerschool noemt El Kharraz Alami het hele proces voor The Waves, van werken op straat tot wroeten op Woolf. ‘Ik ben heel blij dat ik dit mijzelf cadeau heb gegeven. Verder weet ik het ook allemaal niet. Het wordt gewoon leuk, het wordt een feest.’