Lun Mar Mer Jeu Ven Sam Dim
 
 
 
 
1
 
2
 
3
 
4
 
5
 
6
 
7
 
8
 
9
 
10
 
11
 
 
 
14
 
 
 
 
18
 
19
 
 
 
22
 
 
24
 
25
 
26
 
27
 
 
 
 
 

Ode to a Love Lost

Feuille de salle
01.02.23

Ici vous trouvez une description courte du spectacle et la distribution.

 

'Het verleden moet een plaats krijgen in de toekomst’
interview met Benjamin Abel Meirhaeghe, door Michaël Bellon (BRUZZ, 1 februari 2023)

In café 1030 aan de rand van het Josaphatpark, praten we naar aanleiding van zijn nieuwe stuk Ode to a Love Lost over de wonderlijke (gesamtkunst)werken van regisseur en contratenor Benjamin Abel Meirhaeghe.

Op de dag van ons gesprek verschenen over Ode to a Love Lost, een uit Meirhaeghes eigen leven gegrepen hartenkreet over een onmogelijke liefde, zowel positieve als negatieve recensies. Meirhaeghe schrok er niet voor terug beide uitersten te delen op zijn socials. “Ik laat voortdurend in mijn ziel kijken. Het zou vreemd zijn dat nu niet te doen. Ik vond het ook best mooi hoe respectvol de journalisten ermee omgingen. Wat niet wegneemt dat het moeilijk was om bepaalde dingen te lezen. Wat me bijvoorbeeld raakte, is dat er geschreven werd dat we als performers verloren liepen op de scène. Dat klopt in de zin dat de personages ook verloren, melancholische zielen waren. Initieel was ik op zoek naar een positieve visie op het verlies van die geliefde, de nagloed daarvan. Maar onderweg merkte ik dat ik dat niet kon opbrengen. Een verlies is een verlies, en daar zit op dit moment voor mij nog altijd niets positiefs aan."

"Uiteindelijk ben ik eerder bij de dood uitgekomen dan bij de liefde, omdat afscheid toch ook een soort moord of begrafenis is. Zo is het stuk een ruw, stekelig ding geworden. Mensen zien mij nu een emmer stenen op de scène leeggooien. Ik begrijp dat dat moeilijker te lezen is dan de pracht en praal in vorige stukken. Maar het is wel belangrijk om geen reproducties te maken van vorige voorstellingen. Ik blijf zoeken naar nieuwe vormen.”

Brandalarm

Over vormen gesproken. Behalve regisseur is Meirhaeghe ook een contratenor en een popzanger. Samen met Jan Decorte en Sigrid Vinks, eveneens fulltimekunstenaars met gevoel voor esthetiek, podiumrituelen en het multidisciplinaire, stond hij al op Pukkelpop met de muziekperformance ‘Das Ende = The Beginning’. En Kurt Overbergh, die het muziekproject ‘Benjamin Abel Meirhaeghe & The Unrequired Love’ met elektronicakunstenaar Laurens Mariën in de AB programmeerde naar aanleiding van hun debuutplaat Spectacles, noemde de zanger een ‘hallucinant talent’.

Over Meirhaeghe gaat het waargebeurde verhaal dat een leerkracht de ongelooflijke kwaliteiten van zijn stem ontdekte toen de jongen op de kunstschool het brandalarm nabootste. Was hij zelf toen nog niet op de hoogte van zijn uitzonderlijke stembereik? “Nee, ik was toen gewoon irritant aan het doen. (Lacht) Dat die leerkracht dat opmerkte, en dat er blijkbaar toch iets ‘groots’ in mij zat, vond ik wel een heel fijne ontdekking.”

Sindsdien is Meirhaeghe niet opgehouden met de ontdekking van dat grootste, en is hij ook een pleitbezorger van autodidactische zoektochten als ‘halfkunner’. "Ik denk dat er geen regels mogen bestaan en dat we grenzen moeten laten vervagen in de zoektocht naar nieuwe uitdrukkingsvormen. Het is goed om disciplines te leren, maar je moet ook als een rebelse puber tegen je leraars ingaan.”

De muziek ligt nu even stil, maar Meirhaeghe wil binnenkort nog weleens nadenken hoe hij weer meer popmuziek kan gebruiken. “Ik vind een concertpubliek dankbaarder dan een theaterpubliek, en wilde de vibe van een goede muziekshow ervaren bij een performance. Maar om eerlijk te zijn val je in een concertzaal toch terug snel op de conventies van een concert.”

Een echte opera mag Meirhaeghe dan nog niet geregisseerd hebben, met zijn exuberante muziektheaterstukken, die zich vaak als een gesamtkunstwerk in allerlei disciplines presenteren, beukt Benjamin Abel Meirhaeghe nadrukkelijk op de poorten van dat heilige huis. “Misschien is opera inderdaad mijn genre, als je het een hedendaagse invulling geeft. Opera leent zich tot alle disciplines en tot het grote gebaar, en ik vind het moeilijk om kleinschalig te denken. Ik vergroot graag zaken uit. Dat heeft soms een air van decadentie, waar ik op inspeel, maar daar gaat het voor mij niet om. Ik vind het gewoon heerlijk om ruimte en overzicht te hebben. Om dan beelden te maken die aan de ene kant hoop en rust brengen, maar aande andere kant ook melancholisch, ongemakkelijk of verontrustend kunnen zijn.”

Verleden en toekomst

Daarvoor gaat Meirhaeghe ook te rade bij de kunstgeschiedenis. Hij kent zijn klassiekers en het repertoire, maar gaat er wel losjes mee om. “Het is misschien bizar om te zeggen, maar ik gebruik weinig andere bronnen. Ik werk echt op intuïtie en op basis van dingen die ik zie en hoor. Ik lees bijvoorbeeld geen boeken, maar ga wel verder op wat ik er iemand anders over hoor zeggen. Ik zie ook het gevaar wanneer bepaalde verhalen van vroeger nog altijd als een waarheid van vandaag worden herhaald, met een conservatieve agenda. Cultuur heeft nood aan verandering, en het verleden moet een plaats krijgen in de toekomst. Als de Notre-Dame afbrandt, kan het spannend zijn om daar een hedendaagse architect naar te laten kijken in plaats van alles tot in de puntjes te reconstrueren.”

Daarom spelen samenwerkingen met uitgesproken persoonlijkheden uit alle disciplines voor hem zo’n belangrijke rol. “Sowieso. Het leukste om te doen is de cast verzamelen, het team samenstellen, en de frictie zoeken tussen de performers en de beeldend kunstenaars die ik de set laat bevolken, zoals de twaalf beeldend kunstenaars die in Madrigals op de set neerdalen.”

Zelf lijkt Meirhaeghe wel die modeontwerper die gewoon in jeans en een zwarte T-shirt gekleed tussen zijn ontwerpen verschijnt. “Dat is een goede vergelijking. Heel veel mensen zijn bezig over de queerness van mijn werk en dat is ook logisch. Maar ikzelf zou me nooit als queer bestempelen.”

Heeft de bravoure van Meirhaeghe ook te maken met de manier waarop hij de kunsten is binnengewandeld? Als jongeling had hij niet veel meer dan een Radio 2 verzamel-cd met klassieke muziek en het poppentheater van Pierke Pierlala in de bagage, maar dat zadelde hem niet op met onnodig ontzag. “Ik herinner me nog levendig de dag dat ik met mensen van de kunstschool in het Kaaitheater naar performancekunstenaar Ivo Dimchev ging kijken, die op scène zijn bloed veilde. Ik vond het ongelooflijk te zien dat er met het theater een plek bestaat waar mensen zo overdonderd kunnen worden door een livegebeurtenis.”

Wellicht is zijn werk voor de toeschouwers ook een ontsnappingsroute aan de dagelijkse sleur, de grijze werkelijkheid, de zorgwekkende staat van de wereld? “Escapisme is misschien niet het woord, maar ik wil wel hoop zoeken in een nieuwe samenleving. Dat utopische vind ik belangrijk.”